Onderzoek de situatie
20 – 25 min.
Pen en papier, stiften (kleur)
Alleen of met meerderen
Met deze oefening onderzoek je de situatie vanuit verschillende invalshoeken.
Maak een mindmap, liefst op een groot papier
Beantwoord de vragen
- Wat wordt er anders wanneer het probleem is opgelost?
- Wat is de droom?
- Hoe lang is het al een probleem?
- Welke oplossingen zijn er al geprobeerd?
- Wat werkte wel en wat niet?
- Wie hebben zich er al mee bezig gehouden?
- Waarom is het een probleem?
- Voor wie is het een probleem?
- Wie is de probleemeigenaar?
- Hoe benoemt hij het probleem?
- Wanneer is hij tevreden?
- Waarom moet het probleem door jou worden opgelost?
- Waarom moet het nu worden opgelost?
- Wie kan je helpen dit probleem op te lossen?
- Wat weet je allemaal of denk je te weten?
- Wat zegt je gevoel?
- Wat weet je nog niet?
- Wat is de noodzaak van creatief denken bij dit probleem?
- Ben je bereid tijd in de oplossing te steken?
- Ben je in de positie om nieuwe ideeën zelf in te voeren?
- Wie heb je daar eventueel bij nodig?